Zoals gezegd reeds voorheen
zouden wij zingend ons gelijk opeisen.
Al zou er nooit een behaard paradijs verrijzen
toch zouden wij de mannen met baarden zijn.
Maar in de tijden van een Gladde huid
moeten wij als pasgeborenenen,
de kaalheid in de armen sluiten
naar onze trotse fierheid fluiten
en jankend van verdoemde victorie,
kreunen wij daarom met de baard in de keel:
Komt terug echte mannen,
en toon ons uw trots,
van haar op de kinnen,
de kop op een rots.
Gaat allen bezinnen,
alvorens u botst
met de moderne mode
waar u allen van kotst.
gvs